Ooit volgde ik een fotografiecursus. Dat was nog in het analoge tijdperk, toen je nog in het pikkedonker moest proberen een filmpje uit een rol te trekken. Waarbij je met ademstokkende chemicaliën ging rommelen om het wonder van het ontwikkelen zelf te kunnen bijwonen (oma vertelt!).
Zet één stap vooruit
Ik leerde op die cursus dat ik een onpraktisch type ben. Het idee van films ontwikkelen vond ik aantrekkelijker dan de praktijk.
Zelf foto’s maken bracht me veel meer plezier. Daarin kwam ik vooruit, ook door commentaar van onze fotografie-docent. Vooral één opmerking is goed blijven hangen: ‘Zet, voordat je afdrukt, nog één stap vooruit.’
Ik wilde stratenmakers fotograferen die op hun knieën aan het werk waren, maar ik deed dat het liefst als zij niet keken. Nu weet ik: goede fotografen zijn niet mensenschuw.
Misschien is mensenschuw niet het goede woord. Ik zocht als fotograaf te weinig contact met mijn onderwerp, de stratenmakers in dit geval. Ik durfde het niet zo goed: ik wilde ze wel fotograferen, maar ik vreesde dat ze me zouden uitlachen. Ik kon niet echt stáán voor de oprechte wens om ze voor mijn camera te krijgen.
Ook als interviewer was ik wel eens terughoudender dan goed was. Ik herinner me een verlamde man die ik interviewde over zijn transformatie van een acteur-met-veel-werk naar man-zonder-werk die alleen zijn nek nog kon bewegen.
Ik liet het stuk lezen aan een vriend die als commentaar gaf: ‘Ik kan lezen dat je bang was.’ Hij vertelde me iets nieuws, iets wat helaas wel waar was. Ik had de man echt alles kunnen vragen – hij was zo open – maar kennelijk durfde ik het toen niet. Al die lichamelijke ongemakken, de pijn en het verdriet: ik durfde het niet ter sprake te brengen.
Onbevangen contact
Tegenwoordig ben ik meer ervaren in het stellen van vragen – en in het ontvangen van antwoorden. Een kwestie van veel doen en veel meemaken, dan leer je vanzelf om onbevangen contact te leggen: met stratenmakers en andere mensen, ideeën, landschappen, sferen en andere fenomenen die je zo graag zou willen beschrijven.
Herwin je vertrouwen
Tegenwoordig herken ik de vage angsten die maken dat ik vastloop. Ik wil wel graag over onderwerp x schrijven, maar ik krijg niet echt binding met mijn onderwerp. Er zit iets tussen mij en het onderwerp: een gek mengsel van angst en afkeer dat het contact tussen mij en het onderwerp belemmert. En dat het schrijven zo moeilijk maakt.
Inmiddels ken ik de oplossing. Als ik vastloop, dan ligt dat niet aan het onderwerp maar aan mijn relatie met het onderwerp. De remedie is die van de fotografiedocent: doe een stap naar voren; kom dichterbij; stel de vragen die je tot nu toe niet van jezelf had mogen stellen. Zoom in op details die nu onbelangrijk lijken. Onderzoek de fantasietjes die in je angst verborgen liggen. Als je dat doet, komt er vaak energie vrij die het schrijven weer mogelijk maakt.
[Dit is geen toverrecept, natuurlijk. Het is wél een manier om je schrijven weer op gang te helpen. En het vertrouwen in jezelf te herwinnen. En iets te schrijven dat je past.]
Meer lezen?
Drie valkuilen bij het gebruik van ‘ik’
Hoe krijg ik structuur in mijn tekst?
Moet je altijd schrijven volgens een strak plan?
Advies van Rilke: niemand kan u raad geven